VERDWAALD
Er droop daar oud water uit de rotsen
dat nooit eerder daglicht had gezien
uitvloeiend in weelderige plantengroei
Was dit het paradijs misschien?
Ik hoor nog steeds die zang
van nooit gehoorde vogels
M’n leven is niet meer hetzelfde
sedertdien
En er is daar een zwijgend drempeldier
dat mensen doorlaat op vertoon
van littekens in handen
de geur van angst
en schichtig zijn
Voorzichtig likt het
in het voorbijgaan
langs de randen van de pijn